De veiligheidseisen zijn afhankelijk van de cataloguswaarde en de leeftijd van de auto. Hoe duurder en jonger de auto is, hoe hoger de eisen zijn. Als u bij ons uw auto beperkt casco of allrisk wilt verzekeren en uw auto voldoet niet de aan de veiligheidseisen, dan zijn schades als gevolg van (poging tot) diefstal, inbraak of joyriding niet gedekt.
Wat is de uitgangssituatie? Oorspronkelijke cataloguswaarde plus eventuele accessoires, is uw auto jonger of ouder dan 4 jaar?
Auto’s tot en met € 50.000 minimaal een alarm SCM 1
Auto’s van € 50.001 t/m € 75.000 minimaal SCM 3
Auto’s boven € 75.000 SCM 5 of 4, in beide gevallen i.c.m. een identificatiechip
Alles op een rijtje:
STARTONDERBREKERS (klasse 1)
Een elektrisch systeem met ten minste een dubbele automatisch inschakelende blokkering: een onderbreking van de startmotor en een andere, extra blokkering, meestal op de brandstofvoorziening. Het systeem bevat geen inbraakdetectie en geen alarmering. Bij voertuigen die af-fabriek al zijn voorzien van een goedgekeurde startblokkering werkt deze op het motormanagement.
ALARMSYSTEMEN (klasse 2)
Een automatisch inschakelende dubbele blokkering (net als klasse 1), inbraakdetectie en alarmering (sirene).
ALARMSYSTEMEN (klasse 3)
Naast de beveiliging van klasse 2 een aanvullende sabotagesignalering en hellingdetectie. De sirene die voor de akoestische signalering zorgt, bevat een ingebouwde noodstroomvoorziening. De verbinding tussen de centrale en de sirene vindt plaats via een gecodeerd signaal. Als de draad tussen de sirene en de centrale wordt doorgeknipt, zal de sirene afgaan op de noodstroomvoorziening.
VOERTUIGVOLGSYSTEMEN (klasse 4 en 5)
Traceren van een gestolen voertuig na diefstal. Een klasse 4 of 5 systeem is altijd een combinatie van een klasse 1,2 of 3 systeem en een voertuigvolgsysteem.
Het verschil tussen klasse 4 en 5 is dat bij een klasse 5 systeem het voertuigvolgsysteem wordt geactiveerd als het alarm afgaat. Bij een klasse 4 systeem is dat niet het geval. Het voertuigvolgsysteem wordt bij klasse 4 systemen geactiveerd door een bewegingsensor of na een diefstalmelding van de eigenaar. Dit resulteert in de volgende klassenindeling:
SCM Klasse 4:
• SCM Klasse 1 + Voertuigvolgsysteem
• SCM Klasse 3 + Voertuigvolgsysteem dat niet geactiveerd wordt door het klasse 3 alarm
SCM Klasse 5:
• Per 1-1-2015 moeten alle klasse 4/5 voertuigvolgsystemen aan de nieuwe TT04 eisen voldoen.
• De nieuwe benaming “voertuigvolgsysteem plus jammingdetectie” zegt het al : er wordt op certificaat geen onderscheid meer gemaakt tussen klasse 4 en klasse 5. De bij klasse 5 verplichte koppeling met het (af-fabriek) klasse 3 alarmsysteem is hiermee vervallen. Deze koppeling is als optie uiteraard nog steeds mogelijk.
• Nieuw is de jamming detectie. Vanaf 1-1-2015 wordt bij een voertuigvolgsysteem een extra blokkering ingeschakeld die herstarten van het voertuig onmogelijk maakt als jamming (een stoorzender die communicatie met de meldkamer onmogelijk tracht te maken) wordt waargenomen.
Naast het voertuigvolgsysteem moet altijd een basissysteem aanwezig zijn. Het basissysteem is minimaal een SCM goedgekeurde klasse 1 startblokkering. Ook wordt vaak een SCM goedgekeurd alarmsysteem klasse 3 vereist als basissysteem. Indien het af-fabriek aanwezige (klasse 1 of 3) systeem van de auto SCM goedgekeurd is wordt dit systeem vanzelfsprekend gebruikt als basis voor het voertuigvolgsysteem.
Vanaf 1-1-2015 mag voor het uitschakelen van alarmsystemen niet meer worden geluisterd naar de originele voertuighandzender.
Alleen op systemen met eigen autorisatie voor het vrijgeven van alarm en startblokkering mag nog een SCM certificaat afgegeven worden!
Dit betekent dat ieder voertuig welke op certificaat wordt gezet voorzien moet zijn van een eigen handzender /elektronische sleutel/driver card etc.
Bron: moto73